maandag 29 december 2008

Matadi 28-29/12/2008

Na een dagje Kinshasa trekken we met de bus naar de Bas-Congo, op zoek naar het gezin Gorik. Om ten laatste 7u30 moesten we aan de vertekplaats zijn, maar naar goede Afrikaanse traditie komt er pas tegen een uur of 9 beweging in het busje.
Naar Congolese norm echt wel een 5-sterren bus. Er staan zetels in die nog bekleed zijn met stof, onze benen passen er juist tussen en iedereen heeft zijn eigen zitplaats. Ook de raampjes kunnen open zodat wanneer de bus in beweging is, de temperatuur toch onder de 40graden zakt.
Na het vertrek eerst nog effe met z’n allen de stad inrijden om te gaan tanken, om dan een half uurtje later weer aan de opstapplaats te passeren.
Het landschap onderweg is prachtig. Urenlang door sterk-heuvelachtig gebied met een blakende zon aan de hemel en geweldig groene verzichten.
Tegen 15uur ongeveer aangekomen in Matadi. Op het eerste zicht een heel mooi stadje dat bij ons zelfs Mediterrane gedachten doet oproepen. Steile heuvels waarop mooie huisjes gebouwd zijn en de brede Congo-rivier die door het dal stroomt. Na nogal klungelig de weg aan het zoeken zijn waardoor we door een ganse bende Afrikanen gevolgd worden die ons allemaal iets té graag willen helpen, vinden we een fijn en goedkoop hotelletje. We hebben elk ons eigen kamertje, een gemeenschappelijke wc zonder bril die niet op slot kan, maar wel een douche met stromend water.
Onze eerste indruk van de bevolking is wel niet zo positief. Iedereen lijkt enorm opdringerig en loopt constant achter geld te vragen. “Mondele, mondele, donne-moi de l’argent.” De straten zijn ook eerder wat verlaten waardoor er minder sociale controle is en na het lekkerste avondmaal en enkele primussen nemen we dan maar de taxi naar ons hotel.
Vandaag (maandag) hebben we onze mening echter wel al volledig bijgeschaafd. De Afrikaanse drukte is hier in alle glorie aanwezig en de mensen laten ons relatief goed gerust.
Ondertussen zijn we naar Point Belvédère geweest. Een ‘toeristische’ plaats hoog op een heuveltop zodat je een mooi zicht op ‘t stad, de rivier en de omgeving hebt. Een gids geeft ons onmiddellijk uitleg bij een gedenkbeeld voor alle overleden spoorwegarbeiders die meebouwden aan de eerste Centraal-Afrikaanse spoorweg tussen Matadi en Kinshasa. Na afloop presenteert hij ons uiteraard een veel te gepeperde rekening waarvan we na lang onderhandelen nog een derde moeten betalen.
Straks arriveren de 2 jeeps met de familie Zelderloo, waarmee we morgen dan samen verder trekken naar de Zongo-falls.

zaterdag 27/12

Nadat de busrit naar Matadi de volgende dag geregeld is lijkt er een kalm dagje aan te komen. We zitten zonder program. Tot de sportpagina van de krant bereikt wordt. Deze namiddag speelt de nationale ploeg een benefietmatch voor de slachtoffers van de oorlog in het oosten. De initiatiefnemer van het gebeuren is (althans officiëel) ex-Monaco-spits Shabani Nonda. Ook de aanwezigheid van onder andere Mbokani wordt in de krant aangekondigd. Idéal, denken wij (Modest iets minder), maar de tijd dringt. De schilder die al de hele dag Casa Makwala opfriste verzekert ons dat het om 15u30 begint, nog 1u30 dus. Wij naar de buren, of Joël geen zin heeft om mee te gaan ? Heeft ie niet maar enkele woorden van zijn moeder int Lingala doen hem toch naar buiten sloffen. ‘Eej, iemand goesting om naar de match int stadion te gaan zien met de mundele’s?’ roept hij vanuit de deuropening. En jawel, 1 van z’n vrienden ziet dat best zitten. De naam is Persy, hij speelt zelf voetbal op redelijk nivo, al zou je dat niet zeggen want tis nogal een hiphop-coolguy-type. Na de traditionele palavers met o.a. Ppa Joseph kunnen we eindelijk vertrekken. 3 busjes nemen, file en chaos tot aan het stadion maar net op tijd voor de match komen we aan. Die begon gelukkig een half uur later.
Het ‘Stade des martyrs de l’indépendance’ is redelijk gevuld, het lijkt ongeveer even groot als ons koning Boudewijnstadion. Het aantal supporters moet dan ergens tussen de 30 en 40 000 liggen. Het duel van de dag is dat tussen de internationals die in het buitenland spelen en zij die in Afrika spelen. Op het scorebord wordt dat les Léopards locaux tegen les Léopards pro. Een ticket kost slechts 500 CF (70 cent). Het is een geste van de profs die met de winterstop in Europa toch in eigen land zijn om kerst te vieren met de familie. En ze hebben misschien wat te zwaar gevierd want na een leuke match staat het verdiend 4-2 voor les locaux. Mbokani speelt sterk en scoort maar de held van de dag is een zeker Deo. Een klein en razendsnel kereltje dat met zijn dribbels het hele stadion op kot zet. Veel meer dan bij de goals. 1 keer vertrekt hij met een hakje in het eigen strafschopgebied, trekt een geweldige sprint voorbij meerdere pro’s om pas aan de overkant te worden neergelegd, penalty dus. De Congolezen gaan massaal uit hun dak, zelfs voor Congolezen, iedereen danst en springt. Een groot talent, misschien moet de Jacky is komen kijken want den FCB kan precies versterking gebruiken voor de moment.
Na de match zijn we blij dat we Persy bij hebben. De nacht is gevallen en de hele mensenmassa wringt zich in de straatjes huiswaarts. Van enige organisatie of manier om dit op te vangen is natuurlijk geen sprake. Alles is zoals op een gewone zaterdag, alleen loper er nu een paar 10 000 meer rond. Begeleid door Mundele- en Figo-kreten (Gorik heeft een truitje aan) stappen we 2u door een wirwar van straatjes aan een verschroeiend tempo. Dit zijn de echte volkswijken van Kinshasa, wat ruw maar vol leven en bruisend van de activiteit. Geweldige wandeling om deze coole stad van naderbij te bekijken.

26/12

Modest met al zijn organisatietalent als enige gezonde, dat kan niet anders dan mislopen. De aspraak met Cezar blijft behoorlijk moeizaam verlopen.
We vergeten de uitnodiging en de kadootjes, en staan een half uur op 2 verschillende plaatsen te wachten.
De warrige telefoongesprekken maken het er niet gemakkelijker op.
Toch geraken we eindelijk met hem aan de praat, en hij maakt een zeer professionele indruk. Van de Kiro is hij echter niet bepaald op de hoogte, maar hij werkt voor het Congoforum.
Blijkbaar hebben we al heel de tijd de verkeerde Cezar voor. Hij heeft gelukkig een busje, we gaan de pakjes en de uitnodiging halen, en hij zet ons af aan het bureau van Kiro Congo.
De echte Cezar van Kiro Congo zal voor ons voorlopig een legende blijven, maar Didier geeft ons elk een sjaaltje, en een rondleiding in het bureau. Het spijt ons enorm dat we hier niet een dag eerder, met Kerstmis konden zijn, want toen waren er wel activiteiten.
Het zei zo, de krinkeluitnodiging wordt officieel overhandigd en dit legendarisch moment word op foto vastgelegd. Ook de kadootjes van Sarah geraken bij de gastfamilie, en we krijgen een kijkje in de tv-studio van de Salezianen.
Ook Pater Erik Meert, een Saleziaan uit Sint Pieters Leeuw krijgen we te zien en hij geeft ons een zicht op zijn prokect met straatkinderen. Met een weldoordacht systeem probeert hij de kinderen van de straat te halen en terug met de familie te herenigen of een andere toekomst te geven.
Een moeizaam maar nobel project waar de regering en de gouverneur beter een voorbeeld aan zouden nemen. We wensen hem nog veel succes.
Blij dat alles eindelijk gelukt is nemen we afscheid met de Familie Isaac en laten ons door Champion en zijn bevallige vriendinnetje naar het vliegveld voeren. Vaarwel Lubumbashi en vaarwel Katanga. Bas-congo en Matadi, bereid u voor, want we komen eraan. Misschien, heel misschien gaan we nu twee dagen op eigen houtje kunnen reizen, zonder gids, zonder begeleiding, en zonder avondklok.
We houden u op ge hoogte.

25/12

Na de velosafari waren we even uitgeteld. Iedereen vervelt, en Gorik en Maarten zijn ziek. Veilig onder de hoede van Mama Rebecca en Papa Isaac steken we niet veel meer uit.
38.5 koorts, en de oplossing: veeel eten, jullie eten niet genoeg, eet toch nog wat het zal snel overgaan. We zullen toch maar naar de dokter gaan. Die haalde de ergste vrees weg en we lieten de antibiotica zijn werk doen.
Terwijl Gorik in zijn bed ligt en Maarten op de pot zit houd Modest zich maar wat met de kadeeën bezig.
Zo komt ons vertrek uit Lubumbashi echter snel dichtbij, en we hebben nog niet de helft van ons program afgewerkt. Ok, de hemdjes komen in orde, behalve voor Gorik dan, die hierdoor in een zware depressie beland, waar hij de eerste 6 maand niet zal uitkomen.
Maar wat doen we met onze uitnodiging voor krinkel en ons bezoek aan de Kiro? Ons bezoek aan het straatkinderenproject van Pater Meert? Onze cadeautjes voor de gastfamilie van Sarah? Op de velosafari na drijgt ons verblijf in Katanga een zware flop te worden.
Er gebeurt hier vanalles, maar wij zijn er niet bij. De 26e vertrekken we terug, en aan dit tempo komt er van onze wilde plannen niet veel in huis. Wanhopig sturen we berichten naar Cezar, die niet overdreven happig is om ons te helpen.
Met kerstdag blijven we thuis. Mama Rebecca en Norseline maken ons met veel liefde een heus feestmaal klaar. Jacqueline en enkele gasten komen op bezoek, en de kindjes zien er beeldig uit in hun zondagse kostuum.
's Avonds gaan we zowaar met Norseline en Jefhthe een wandelingetje maken in plaats van met papa Isaac en ook Cezar laat weten klaar te zijn voor een afspraak de dag erna.
We gaan vroeg slapen want morgen wordt een lange dag en de zieken zijn nog steeds niet 100%

dinsdag 23 december 2008

terug naar lubumbashi

Vandaag zijn we teruggefietst.Richting Likasi . Wederom veel te veel kindjes rond ons, en ze blijven echt kijken. Ze moeten dringend wat meer blanken gewoon worden. Verder was het een toffe maar vermoeiende fietsttocht.
‘s Avonds zijn we nog naar Likasi gegaan, een levendige stad, maar omdat we bij de zusters sliepen konden we de stad niet echt intrekken. We wilden wel, maar de non had de deur op slot gedaan en kwam zelf bij ons slapen. Dus zochten we met Champion en Alain naar oplossingen om buiten te geraken. We zouden de sleutel bij de zuster gaan halen als ze slaapt, of langs het venster naar beneden klimmen. We zijn uiteindelijk maar gaan slapen, maar eerst goed toegelegen. Geweldige kerels Alain en Champion zelden zo gelachen. We zullen nog wel de kans krijgen om eens een stapje in het nachtleven te zetten ook. Veel risicos nemen we echter liever niet er word soms wel wat Simba verzet door de Congolezen.

zaterdag 20/12

Om 8u stipt komt Nestor onze +- 12-jarige gids ons ophalen om naar het jaarlijkse feest van de Msiri te gaan. Deze koning heerste tot 1890 over Katanga tot een Belgische kapitein hem doodschoot tijdens onderhandelingen. De kapitein werd vervolgens zelf vermoord door de zoon van de koning. Elk jaar vertrekt de huidige koning voor een nacht op bezinning naar een heuveltop. De volgende ochtend trekt hij, vergezelt door een uitzinnige m assa naar het centrum. Daar wordt dan zijn hernieuwde heerchappij uitgebreid gevierd.
Zoals verwacht weet niemand wanneer het begint, 5u, 8u, 10u of 12 u, wie zal het zeggen? Dus dwalen we een uur of 2 door het mooie dorp met de typische huisjes met strooien daken en 1 grote vodafone-gsm-mast. Andere niet-hut-gebouwen zijn de met Belgische ontwikkelingshulp betaalde school, kerk en klooster van de nonnekes en het huis van meneer Matton. Dit was een historicus die jaren in de stad woonde, hij is erg gerespecteerd en heeft zijn eigen gedenksteen. Het huis straat nu te verkrotten. We zitten in zijn living en iedereen is het eens : men zou hier een geweldige guesthouse van moeten maken, het zou goed zijn moest iemand er iets mee doen… In de kamer ligt een massa schollboeken en de termieten eten er zich vol mee.
Rond 11u zijn we op het centrale plein als 100-den laaiend enthousiaste kinderen het plein oplopen, een groepje bejaarde agenten begeleid de parade, erachter vlaggen en krijgers met koloniale geweren rondome een man in het wit in een draagstoel. Het plein ziet zwart van het volk. Heel indrukwekend allemaal, de menigte is laaiend enthousiast en kinderen laten overal pétards ontploffen, liefst zo dicht mogelijk bij de verlegen bleekaards. Wanneer de ceremonie protocolaire begint wordt onze rol steeds groter, we proberen ons wat afzijdig te houden maar 1 van de oude agenten staat erop ons door de massa te loodsen om beter te kunnen zien. We komen terecht naast de ere-tent met stamhoofden uit heel Congo en zelfs Zambia. Er wordt gezongen en in de lucht geschoten, geiten geslacht en voorouders op vreemde wijze geëerd. Velen ontvangen de zege met een of andere witte vloeistof , wij van de king himself, honderden anderen worden op afstand gehouden maar blijven toch urenlang in de brandende zon staan om te kijken. Het verhaal van de oude koning wordt vertelt en er wordt nog veel gedanst op oneindige drumritmes. Als blanken aanwezig op deze authentieke viering zijn we een atractie op zich. We gaan op de foto met de koning, een gesprek met de Zambiaanse koning, veel gesocialized en wie van ons wil die prinses nu versieren?
Wie uiteraard ook de show even steelt is champion, al een hele dag op de eerste rij met de camera, komt zijn moment-de-gloire als de koning hem vraagt een show te geven met de fiets. Wat surplacen en toertjes rijden met scherpe bochten… gelukkig is het geen moeilijk publiek.
Uiteindelijk mogen we met de familie en noatebelen zelfs mee gaan eten.Een royale maatlijd en gratis Simba’s later moeten we op tijd doorgaan voor het donket wordt. We zijn nu eenmaal niet onder ons op pad dus met veel tegenzin verlaten we het nog maa ramper begonnen feestgedruis. Gelukkig kunnen we nog wat napraten en zeveren met Alain en Champion, echt wel een sympathiek duo.

Vélosafari 19/12/2008

Jambo Masungu! (wederom gegroet bljieken, maar deze keer in het Swahili)

Vrijdagochtend 4u45
Zelfs in Congo is het op dit onmenselijk vroege uur nog donker, maar toch zijn we reeds uit de veren. Tegen 5u30 komt Nissim, de meervoudig Congolees wielerkampioen, zeg maar lokale Jurgen Roelandts dus ons halen om op vélosafari te vertrekken. Naar goede gewoonte van onze Afrikaanse medemens was het al ruimschoots 6u gepasseerd eer hij er doorkwam.
Samen met hem en Jacpueline, sterkhoudster van het Katangse fietstoerisme, rijden we naar Louambo. Louambo is een dorp op 120km van Lubumbashi, stromend water en elektricteit zijn een rariteit, maar de GSM-mast prijkt torenhoog boven het dorp uit. Voor het eerst verlaten we dus de grote steden en trekken we de brousse in. Eens uit de wagen gestapt worden we dan ook meteen met de neus op de feiten gedrukt. Binnen een mum van tijd zijn we omsingeld door vele, te vele kinderen die nieuwsgierig komen kijken wie we wel mogen zijn. Het zwarte volk lijkt ons echt wel veel te productief. Honger zouden de mensen in deze dorpjes gelukkig wel niet lijden. De natuur geeft hen voldoende te eten en dan vooral ongelooflijk lekkere mango's. Maar naar Europese norm lijkt hun leven toch eerder armoedig en eerder leeg te zijn.
Redelijk onwennig en bedolven onder de mateloze aandacht vatten we, samen met de local 'Alain' onze safari aan naar Bunkeye, een dorp op een kleine 60km van Louambo.
Collega-baaikies, wordt al maar jaloers! 60 km over zand-modderige hellende wegen vol putten, door de mooiste bossen, langs de meest geweldige verzichten en over stevig kabbelende riviertjes. Congo zou een paradijs voor de mountainbiker kunnen zijn. Oké, singletracks hebben we niet gedaan, maar wie kan er zeggen op zijn baaiktocht op het zuidelijk halfrond een kameleon te midden van de weg gepasseerd te zijn?

In de dorpjes waar we halt houden verzamelt zich telkens opnieuw een hele bende kinderen zich rondom ons. Als we ze fotograferen lachen ze steevast pas nadat de foto genomen is, tenzij Modest gekke bekken trekt en ze verlegen wegduiken. Zelfs wij vinden ze schattig ;+).
Op onze safari trouwens ook wel wat beesten tegengekomen: geiten, kippen, varkens, kleine tweekopigge slangen, grote spinnen, Gorik, Modest, ...
Tegen 14u bereiken we onder de (ver)brandende zon, het onweer te snel af, Bunkeya. Het dorp van koning Msiri waar we twee nachten zullen slapen.

maandag 22 december 2008

Isaac

Isaac is ooit enkele maanden in Belgie geweest om te studeren. Hij kreeg het idee om in Congo ook een reisbureau te starten. Hij richtte dan Palma Okapi Tours op. Via mail hadden we gevraagd om slaapplaats te voorzien voor minder dan tien dollar de man. Dit bleek echter onmogelijk, ons 1e hotel was 80 euro. Aan die prijs zouden we het hier niet al te lang trekken, laat staan nog op safari gaan. Daarom mogen we bij hem thuis in de zetel slapen voor 10 dollar pp. In zijn bureau ligt de overschot van de 15000 folders die hij ooit heeft laten drukken. Ruw geschat liggen er dus nog 14990 vocht te happen in zijn bureau. Hij probeert ze te verkopen voor 2000fr (+/-3euro).

Zijn vrouw, een hele vriendelijke mama maakt voor ons eten en we hebben ook kennis gemaakt met de kindjes. Er was geen elektriciteit, maar het was heel gezellig in de kelder waar de vrouwen aan het koken waren en de kindjes keken of op hun stoel in slaap vielen.

Isaac is erg gelovig en probeert ons steeds te bekeren. Ook vraagt hij telkens of iemand anders wilt bidden maar daar zijn we niet zo goed in dus we laten hem begaan. Hoewel Gorik graag de discussie wilt starten is er geen beginnen aan.

In de stad rondlopen is tof. We zijn op ons gemak ook al maken we kennis met verschillende manieren om ons te zakkenrollen. Zo professioneel zijn ze gelukkig niet het is nog niet gelukt en wij zijn goed voorbereid. Toen we ‘s avonds het busje terug namen botste er een ander busje tegen ons. Gelukkig zat in ons busje een politieagent met een kalashnikov dus de andere bus was in fout en wij konden snel vertrekken.

woensdag 17 december 2008

Een stukje over Lubumbashi

Papa Joseph heeft een simpathieke dochter, Fifi. Ze is verloofd met Freddy. Freddy heeft geen werk en heeft dus alle tijd om ons rond te leiden. Hij wijkt dan ook geen moment van onze zijde.De Gasten van zijn schoonfamilie moeten beschermd worden, en hij maakt er dan ook een erezaak van. Het is een toffe gast, maar toch is het vreemd om altijd met een "lijfwacht"op stap te zijn. We kijken er dan ook naar uit om in Lubumbashi een beetje meer alleen te zijn. Toch zijn we hem heel dankbaar. We waren zo slim om tegen alle waaschuwingen in fotos te nemen voor de deuren van een politiebureau. We moesten bijna mee naar het bureau, maar Freddy heeft ons eruitgechapt.Gelukkig  want hij zei dat de boete hoog kon zijn. Ook de luchthaven en het kopen van tickets heeft hij allemaal op zich genomen.De luchthaven, een stresserende ervaring hier want er vraagt 20 man tegelijk naar uw paspoort en geld en het lijkt steeds alsof er een onoverkomelijk probleem is. Toch lukte het, zonder probleem, en zo landen we veilig in Lubumbashi. We verwachten problemen en chaos, maar er is geen enkel probleem, we mogen de stad binnen, er valt ons niemand lastig en buiten de luchthaven is het kalm en rustig.


DEELII: Lubumbashi
Lubumbashi is veel kleiner, en naar het schijnt ook enkele graden frisser, wie weet. Het regent hier ook wat meer. Het is echt veel rustiger, hier kunnen we op ons gemak rondlopen. Ware het niet dat we in Belgie al een nieuwe lijfwacht geregeld hadden. Een toeroperator. Zijn zaakje stelt niet veel voor, hij doet zijn best maar zijn zaakje stelt nog niet al te veel voor. Hij kon ons alleen een veel te duur hotel aanbieden, wat we de eerste dag dan wel deden. 80 dollar voor twee warme kamers, in slechte staat is wel wat veel. Uiteindelijk slapen we de dag erna bij Isaac de toeroperator zelf in zijn bureau op de grond voor 10 dollar de man. Er is echt niks beter te vinden in heel Lubumbashi, jammer want het is een coole stad. We dachten even te breken met Isaac, maar dan hebben we een belgische vrouw ontmoet, waarmee hij samenwerkt, en we gaan vrijdag op safari met de fiets. Zei heeft alles geregeld en dat ging verdacht vlot. Jammer dat het zo moeilijk overnachten is hier, we zullen mischien al iets eerder terug gaan gaan Kinshasa en het andere deel van Congo. Onze andere contacten zijn ook moeilijk te bereiken.

Lubumbashi is een pak welvarender, en al heel snel valt op waarom. Hier zijn grondstoffen en overal rijden dan ook auto's met een of andere opschrift van de mijnbedrijven. Ook zijn er chinezen die wegen aanleggen en in dikke auto's rijden.

Een stukje over Kinshasa

De hoofdstad van Congo is een provincie op zich en telt afhankelijk van de bronnen 5, 8 tot 10 miljoen inwoners. Ze strekt zich uit over vele heuvels en valleien en geeft zo een erg groene indruk. Enkele grote wegen zijn geasfalteerd. Hier zagen we de typische drukte, vuilnis en chaos, alle voertuigen, voetgangers, verkopers… kris kras door elkaar. Een (aanschuiftocht)tocht naar het centrum duurt minstens anderhalf uur. De zijstraatjes zijn meestal zandweggetjes waar weinig auto’s passeren. Iedereen leeft er op straat, er zijn tal van kraampjes voor vanalles en nog wat, barretjes spelen luide muziek en de gefrituurde kip of brochetjes op de bbq met piment doen ons de vegetarische principles opgeven. Het straatleven is druk maar gezellig. In plaats van tv en computer zitten ze hier buiten.
Waarschijnlijk omdat we zover van het centrum wonen is het mogelijk om vanuit een drukte van jewelste (de gemiddelde congolees lijkt bij wet verplicht te ROEPEN op straat) op enkele minute stappen en een steile afdalling tussen de huisjes later in een groene haast verlaten vallei uit te komen. Niks lijkt er nog op de grootstad van op de heuvel, het jklinkt mss vreemd maar er is nog veel plaats in Kinshasa. Tijdens dergelijke wandelingen worden we steeds vergezelt van Mundele-kreten van vooral kindjes, de mensen reopen ons na om iets te verkopen, gewoon om dag te zeggen of om een of andere mop in het lingala te roepen. Toch is iedereen vriendelijk en zelden echt opdringerig. Ondanks zijn reputatie als levensgevaarlijk voelen we ons overal veilig. Soms nogal onwennig maar toch veilig. Toch blijft het uitkijken, het incicentje met de politie omdat we een foto maakten en onze passages op Ndjili-airport bewijzen dat mannen in uniform niet echt te vertrouwen zijn, tenzij je ze kent of betaalt. Een klein verkeersongelukje op een kruispunt resulteert in een mum van tijd in minstens 100 man en 5 of 10 flikken voor wat duw-en trekwerk midden op straat. Veel peroep en getier dus wij maken ons uit de voeten. Freddie moest naar Congolese gewoonte natuurlijk ook eens dichterbij gaan kijken. Over het algemeen zijn ze heel vriendelijk en chill die congolezen, steeds te vinden voor babbel en wat moppen tappen, maar uit het niets schiet de vlam in de pan en wil ik er niet tussen staan.
Ondertussen zitten we in Lubumbashi, het verslagje hiervan volgt als modest nekeer de handen uit de mouwen steekt

zondag 14 december 2008

Deel I De eerste stapjes

Mbote Mondele!
Goeiendag Bljieken!

Een drietal dagen geleden hebben we na lang aftellen onze biezen gepakt in België en ondertussen zijn we dus aangekomen in Kinshasa. Op Zaventem zijn we met een half uurtje vertraging vertrokken, maar gelukkig heeft de piloot een tandje bijgestoken en hebben we naadloos onze aansluiting in Casablanca gehaald. Van daaruit met een 200-tal zwarte medemensen, waaronder ook veel te kleine maar wel schattige blijterkes het vliegtuig genomen richting Congo. In Douala, hoofdstad van Kameroen en op 1.5uur vliegen van Kinshasa maakten we nog een laatste tussenlanding. Tot onze grote verbazing en lichte bekommernis bleven we nog welgeteld met 19 personen over.
Na een veel te lange tocht kwamen we uiteindelijk om 2u45 aan op N'Djili, waar papa Joseph ons gelukkig op de tarmac al stond op te wachten. Dankzij onze kolonel zijn we zo goed als probleemloos voorbij de douane geraakt en hebben we zelfs onze zakken zonder ze helemaal ondersteboven te moeten keren tot in de auto gekregen. Merci papa!
Na een half uurtje autorit door de donkere straten van Kinshasa stonden we voor de poorten van het huis van de Makwala's. Imposante woonst! Wij kregen een kamer in een zijgebouw die speciaal voor ons klaargemaakt en herschilderd was. Bij aankomst op het erf was er uiteraard het overmate blije weerzien van broer en zus. Na 4 maanden Afrikaanse Westkust zal het inderdaad wel geweldig geweest zijn om de bloedverwant nog 's goed te kunnen vastpakken. Een nachtelijk pintje en een gezellige babbel later probeerden we dan maar de slaap te vatten in onze zo-goed-als-muskietenvrije-maar-1-gecko-herbergende-kamer. Niet zo evident aangezien het een uurtje later al volledig licht was.

Vrijdag zou een acclimatisatiedagje worden. Gezellig op een terrasje langs de straatkant voor het huis zitten. En daarbij horend kennismaken met heel wat vrienden van de familie die over de vloer komen. 1 ding waarvoor Maarten niet gewaarschuwd was, was dat de blanken écht wel nagestaard worden. IEDEREEN die passeerde draaide wel z'n hoofd en gniffelde Mondele Mondele! Een apart gevoel om zo'n attractie te zijn. In het begin zelfs wat afschrikwekkend om door de doordringende Congolese blik aangestaard te worden, maar achter de vurige blik ontdek je wel snel het warme Congolese hart.
Tegen de middag hebben we onder begeleiding van de buur onze eerste stapjes in de Congolese straten gezet en een Congolese maaltijd gegeten. Geweldig lekker die kip met piment en gebakken bananen. Voor de rest van de dag nog wat verder niets gedaan en 's avonds mochten we onze voeten onder tafel schuiven bij de familie. Eveneens een geweldige maaltijd met nog nooit eerder gegeten groenten. Enkel spijtig dat een paar lichte regendruppels de pret op het terras kwamen bederven. Voor de rest geen klagen over het Congolese weer. Overdag een graad of 30 en 's nachts niet echt veel kouder. Af en toe een zonnestraal, maar van het regenseizoen hebben we hier nog niet veel gemerkt.

Zaterdag werd de grote tocht naar het centrum van de stad aangevat! Samen met chauffeur, dochter van de kolonel en haar fiancé anderhalfuur in de file gaan staan. De eigenwijze belgen waren nochtans gewaarschuwd.
Toegegeven, in het naar daar rijden toch wel enkele plaatsen gezien waar we liever nog niet alleen als blanke over straat zouden willen lopen. Mondele Mondele Mondele!!! Overal heel veel volk op straat, voorstauwend aan karren, kris kras door elkaar. De chaos was op sommige plaatsen wel aanwezig.
Na een wandeling over straat en een zoektocht naar vliegtuigtickets voor Lubumbashi werden we naar een gezellig wat meer afgelegen cafétje gereden aan de oevers van de CongoRiver. Chez Tintin, een fanstastich rustig plekje vlak naast kolkende watermassa.
Op de terugrit nog wat inkopen gedaan op een lokaal marktje. Toch ook wel nog was schuchtere toestanden voor een niet geroutineerde Afrikareiziger.

Papa Joseph en Mama Marie zijn alletwee Kolonezl in het leger. Omdat Gorik familie is worden we al familie verwelkomt.Ze hebben speciaal voor ons een kamer ingericht en regelen voor ons uitstapjes. Ze gaan ons ook aan vliegtickets helpen om naar Lubumbashi te gaan. Heel handig allemaal. Er is ook altijd veel volk aanwezig, ze hebben een paar man personeel en er zijn 2 schattige kindjes.
Toen we gisterenavond buiten op het terras zaten kwam een verkoper ons eieren verkopen ,maar hij mocht niet van Mama Marie, ze hebben eieren genoeg. De verkoper was niet zo gelukkig en ze maakten een beetje ruzie. Een van de vele bezoeker van de familie heeft de verkoper toen een mep gegeven en toen stond het kot op stelten natuurlijk. Gelukkig is er uiteindelijk niets meer gebeurt.
's Avonds zijn we dan in een barretje nog iets gaan drinken maar niet zo lang, we moesten om 12 uur thuis zijn.

De dag erna zijn we naar de mis gegaan. Een hele belefenis. Fifi, een dochter van Papa Joseph zit daar in het koor en we zijn de zondagmis gaan meevieren. Hele mooie gezangen en een lange preek van mijnheer pastoor. Achteraf werden we elk apart genomen door een predikant die ons wou bekeren. Of het gelukt is laten we in het midden maar Maarten is al heel de namiddag aan het bidden sindsdien. Gorik is een hevige discussie gestart om de pater onder tafel te praten, en aan Modest zijn ze niet echt begonnen, ze zagen er van ver een hopeloos geval in.
Nu gaan we picknicken aan het klooster.

donderdag 4 december 2008

Congo Forum

www.congoforum.be Hier vindt u meer informatie over Congo.

dinsdag 11 november 2008

Op reis naar Congo


Eind augustus - begin september: Een impulsief plan borrelt op en wordt dezelfde week nog vastgelegd door de vliegtickets te boeken. Van 11 december tot 18 januari zal het Midden-Afrikaanse continent ontdekt worden. Bestemming: Democratische Republiek Congo.
De daarop volgende maanden kreeg het impulsieve plan stilaan maar zeker enige inhoud. Mogelijke reisroutes werden onder de loep genomen en gescreend op haalbaarheid. Congo zou nogal onherbergzaam en niet bepaald het meest toegankelijke land zijn. Openbaar vervoer is er zo goed als onbestaande en het aantal km verharde wegen reikt nog niet tot aan de enkelhoogte van de Belgische wegen, hoewel het land meer dan 80 keer groter is. Geen enkele uitdaging te groot om niet aan te gaan.
Na een hele resem contacten aangesproken te hebben en tinternet uitgepluisd te hebben, hebben we een concrete reisroute vastgelegd:
Na aankomst op Ndjili, - luchthaven van Kinshasa die spijtig genoeg bovenaan het lijstje van criminele praktijken staat- zouden we enkele dagen later opnieuw het vliegtuig nemen richting Lubumbashi. Vanuit Lubumbashi gaan we proberen één van de wildparken te bezoeken die iets noordelijker gelegen zijn. Een stevige voettocht in de hoogvlaktes van Katanga met hopelijk hier en daar de lokale fauna die onze weg kruist.
Een kleine twee weken later vliegen we terug naar Kinshasa om van daaruit de Zongo-falls aan de Congo-rivier en een bonobo-sanctuary te gaan opzoeken. Na dit uitje hebben we een jeep ter beschikking. Hiermee gaan we op pad voor Memisa, de Itterbeekse NGO die medische ondersteuning biedt aan Congolose ziekenhuizen. Het eerste deel van onze tocht gaat over relatief bereidbare wegen naar het stadje Kikwit, waar één van de hoofdkantoren van Memisa gelegen is. Van daaruit trekken we over modderige en uitgespoelde pistes compleet de broesse in, op zoek naar iets minder bereikbare ziekenhuizen. Na ons twee weken durend project keren we nog een laatste keer terug naar Kinshasa om er opnieuw het vliegtuig te nemen richting la Belgique.
Tot vanin de Congo!
Modest, Gorik en Maarten